Mediawijsheid wordt steeds een belangrijker onderdeel van het onderwijsprogramma op de basisschool. Ook in de filosofieles komt bijna elke les wel iets aan de orde dat hiermee te maken heeft. In de filosofieles trainen de kinderen zelfstandig en met elkaar na te denken over hoe en wat ze zien, horen en voelen en denken en over waarom ze dat waarnemen. We praten over nep, echt, waarnemingen, aantrekking of afstoting, over waarom je dat waarneemt, of iedereen hetzelfde waarneemt, of juist iets anders, hoe dat komt en over sociale verbindingen, bedoelingen, belangen en financieel gewin.
Dit keer kijken we naar een aantal commercials waarin kinderen figureren; pindakaas en voetbal, een wasmiddel met dansenden beren met kinderen, hagelslag die uit de hemel valt en een kat die vraagt om zijn eigen merk eten.
Wat heb je gezien?
” Ik zag een jongen die stiekem pindakaas ging eten. Hij wilde graag op voetbal , maar hij was te jong, toen schoot hij de bal. Ze maken reclame omdat ze veel geld krijgen voor pindakaas. Wie is dat? Dat is de regisseur die verdient veel geld. Die beer ging zo dansen. Ik zag een kat, die zei miauw. Dat was het merk van het bakje eten. De kat vraagt er dan zelf naar. Die poezen wilden dat “miauw” eten. Het zijn hele kleine stukjes. Het is reclame, het is tussen door in een film om even uit te rusten of pauze te houden of iets te drinken. Het gaat over iets dat je moet kopen. Het ging hagelslag regenen en ze hadden de badkuip buiten gezet. Dat doen ze om indruk te maken, om meer hagelslag te verkopen aan alle mensen. Wie zijn ze? Ja , voor de mensen die hagelslag op hun brood willen. Het is niet verplicht om het te kopen. De mensen die pindakaas maken hebben het filmpje gemaakt. De regisseur die in de winkel werkt, bijvoorbeeld bij Bas, die heeft de film gemaakt om te verkopen, zodat het uitverkocht wordt. Wie gelooft dat dan? Ik denk niemand. Misschien zijn er toch wel een paar mensen die denken ok, misschien is het toch waar, mensen die in de winkel wonen. Sigaretten verkopen ze alleen maar terwijl het wel slecht is. Hoe kan je reclame maken voor slechte dingen, waar is dat goed voor?
Er zijn allemaal kinderen in die filmpjes, waarom hebben ze dat gedaan?
Om het leuker te maken. Leuker en vetter, voor die meneer die de pindakaas bedacht heeft. Ze maken films voor meer geld. Met kinderen is het leuk en gezellig, dan kopen de mensen. De kleine kinderen vinden het leuk om te zien. Gaan de kinderen dan naar de winkel pindakaas kopen? Nee dan doen hun ouders. die reclame van “Miauw” is gefotoshopt. Die kinderen denken echt dat ze ver kunnen schieten als ze pindakaas eten. Geloven de ouders dat? Nee, je moet in jezelf geloven als je een goede voetballer wil worden.”
Waarom maken ze zo’n filmpje?
“Als de kinderen dan Miauw zien willen ze die dan eten? Dan gaan ze het eten en dan vinden ze het super vies. Dan hebben ze hun geld verspild. Kleine kinderen weten nog niet eens wat een poes is. Misschien vinden de ouders het wel een goed idee om een poes te kopen. Ik ben he niet met J. eens. Als wij wat kopen dan kunnen zij ook weer wat kopen. Het klopt niet, stel je voor ik koop pindakaas voor 5 euro dan verdient er niemand wat want het kost ook zoveel.”
De kinderen spelen een reclame van filosofiekoek: een regisseur, observators, spelers, sprekers, en een jongleur.: “dit is nog lekkerder dan een pannenkoek, het krijgt de hoofdprijs!